De nieuwe bom

De hele wereld ademhaalde opgelucht
Want op een dag viel er een kernbom uit de lucht
Die mens en dier en al wat groeit in leven liet
Maar zilver, goud en geld vernietigde

Een verontruste dissidente fysicus
Ontwikkelde in alle stilte deze klus
Het volk dat juichte om zo’n uitgelezen vent
Die positief de wetenschap had aangewend

Maar het verwekte uiteraard een groot kabaal
Bij iedereen met goud en goed en kapitaal
Want alle gouden broodjes smolten weg als was
De gouden koets die zakte dampend door zijn as

In alle gouden kiezen zat ineens een gat
Een oliesjeik had plots geen bed meer en geen bad
Een preutse vrouw gehuld in zilver en brokaat
Stond eensklaps gillend kutjenaakt op straat

Ook was de taak van de belastingen ontwricht
Je werd weer aangeslagen op je noaberplicht
En zo begon de mensheid weer van voren af aan
Met lege handen aan de strijd om het bestaan

Men zwoegde, ruilde goederen en weldra bleek:
De sterkste overwon, de zwakste die bezweek
Er kwamen heren, horigen en voor je ’t wist
Werd er weer volop Hoeks en Kabeljauws getwist

Ook kwam er weer een Floris 5, een keerlen God
Er kwamen edelen die staken hem kapot
Men haalde graven, keizers, koningen in huis
Er kwamen rellen bij Goejanverwellesluis

En laarzen vol fascisten in hun bruine hemd
Vakidioten maakten daarna ongeremd
En met subsidiecenten van de staat
Een kakelverse echte helse kerngranaat

27-12-2006