ik zaaide gretig al jouw woorden
De wereld om ons heen werd alle dagen
Door jou met warme woorden ingekleurd
Ja, wie maar somber was of liep te klagen
Werd door een vonk van jou weer opgebeurd
Jouw woorden waren enkel vuur
En een gesprek een avontuur
Naar verre oorden
En ook de taal van je gezicht
Was in één woord een zee van licht
Die mij bekoorde
Ik zaaide gretig al jouw woorden
Ik wiedde onkruid, ik gaf water, ik gaf licht
Waaide de wind niet uit het noorden
Dan oogstte ik voor jou steeds een gedicht
Ik hield van jou, ik leefde van jouw woorden
Terwijl jij, om mijn verzen, mij aanbad
Totdat het evenwicht opeens verstoorde
Omdat jij mij niets meer te zeggen had
Jij ging mij toen vertellen dat
Mijn poëzie geen waarde had
Dat ik wat knoeide
Maar jij gaf mij geen woorden schat
Zodat ik niet de bron meer had
Waaruit ik bloeide
Ik zaaide gretig al je woorden
Ik wiedde onkruid, ik gaf water, ik gaf licht
Waaide de wind niet uit het noorden
Dan oogstte ik voor jou steeds een gedicht
Ik zaai nog alle dagen woorden
Ik wied onkruid en geef ze water allemaal
Maar nu de wind waait uit het noorden
Oogst ik alleen maar dode taal
1986